Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ja, [42]Hij [43]zal ze verbreken, [44]gelijk een pottenbakkerskruik verbroken wordt; [45]in het brijzelen zal Hij niet verschonen; alzo dat [46]van haar verbrijzeling niet een scherf zal gevonden worden, om vuur uit den haard te nemen, of om water te scheppen uit een [47]gracht. 42. Te weten de Heere, of de vijand. 43. Te weten Jeruzalem en de andere steden van Juda, ja ook de gehele natie der Joden, den geestelijken en den wereldlijken stand. 44. Hebreeuws, naar de verbreking der fles eens pottenbakkers. 45. Dat is, men zal hen geheel verbrijzelen, dat er niets geheels aan blijven zal. Vergelijk Jer.19:11. 46. Dat is, uit haar gebroken stukken. 47. Of, greb, put, poel.